Laos

28 oktober 2016 - Na Hin, Laos

Dit blog is ook een reisdagboek voor onszelf om achteraf nog eens na te lezen waar we geweest zijn en wat we onderweg meemaakten. De laatste dagen gebeurt en verandert zoveel dat ik het nu moet opschrijven om te voorkomen dat we het over een paar dagen weer kwijt zijn. Dus dit wordt een langer stuk waarvoor we eerst even terug naar Vietnam gaan. Daar hebben we gisteren nog een klein stukje gefietst en daarna op advies van Jeannie een taxi genomen om ons tot aan de grens te laten brengen. 22 kilometer klimmen vond ze overdreven, dat is nergens goed voor. Ik weet inmiddels wanneer het, wat onze route betreft, nog enige zin heeft te proberen haar van haar idee af te brengen, en dit was een moment waarop er weinig anders op zat dan me te voegen. Ik moet wel toegeven dat het zelfs in het busje waarin we heen en weer geslingerd werden een enorme k** klim was. Met toevallig weer een stuk van de weg dat was weggeslagen door een landverschuiving. Dus achteraf was ik maar wat blij dat we fris en monter naar de grens vervoerd werden. Aan de Vietnamese kant een uiterst treurige, naargeestige bedoening. Schots en scheef staande gebouwen met golfplaten daken, nauwelijks een fatsoenlijke weg en een paar houten huisjes. Een stuk verderop is een nieuwe grensovergang in aanbouw. Een gebouw van reusachtige afmetingen, maar waarschijnlijk over 5 jaar nog niet klaar. De grensformaliteiten verliepen soepel. Voor 1 dollar p.p. mochten we vertrekken. 
Een paar honderd meter verderop lag de Laotiaanse grenspost. Een fatsoenlijk overheidsgebouw met Engelstalige aanduidingen aan een keurige verharde weg. Voor Laos hadden we nog geen visum, dat kon ter plekke geregeld worden. Dat betekent het invullen van papierwerk ( leeftijd, adres, beroep etc.). Blijkbaar staan we nergens geregistreerd als "Wanted, dead or alive". Binnen een kwartier was alles geregeld. Wel nog even de resterende Vietnamese Dongs wisselen voor Kippen ( is geen grapje, de munteenheid hier heet Kip). Waar we bij de vorige grens royaal bedonderd werden kregen we hier exact het bedrag dat we moesten krijgen. Er werd zelfs geen provisie betekend. Jammer voor het verhaal maar prettig voor ons. We hebben de geslaagde grensovergang gevierd met een glaasje fris en een pak koekjes. 

Daarna hebben we 55 kilometer over een fantastische weg gereden. Uitstekend asfalt, nergens gaten of weggeslagen stukken en mooi glad. De reden dat hier zo'n prima wegdek ligt is minder. Laos is een van de armste landen van Azië. Het heeft nergens een open verbinding met water en is aan alle kanten ingesloten door landen die economisch verder ontwikkeld ( lees : rijker) zijn. Dat hier zo'n prima weg ligt komt doordat China, en in andere delen van het land Vietnam en Thailand, de boel plat gezegd leegroven. Laos is enorm dicht bebost en dat hout en grondstoffen gaan over die voor ons prima fietsroute richting Beijing. Wist ik niet zelf maar heb ik me laten vertellen door een Fransman die in een andere blog terugkomt. 
Prettig verschil met de verkeerssituatie in andere Aziatische landen is dat hier niet door elke passerende of tegemoetkomende auto of scooter getoeterd wordt. Dat maakt het de eerste twee dagen tot een oase van rust. We fietsen deels door oerwoud maar hier klinkt het op plaatsen ook echt als oerwoud. Als we stoppen is het net alsof we in Dolby surround naar de soundtrack van Jungle Book luisteren. Waarbij we toevallig ook nog het kleine neefje of nichtje van een van de hoofdpersonen tegenkwamen. Een polsdikke slang die blijkbaar schrok van het geluid van onze fietsen en plotseling opzij van ons wegschoot. Voor de kenners van Kipling : we noemen haar Kaatje. 

Laos is het land dat wereldwijd de dubieuze eer toekomt het meest gebombardeerd te zijn. Al die bommen zijn hier gedropt tijdens de oorlog tussen de VS en Vietnam. In Vietnam hebben we nauwelijks meer iets van die oorlog gemerkt. We hebben een keer in een dorp een groots, indrukwekkend monument gezien ter ere van 107 (waarschijnlijk) mannen, allemaal ergens tussen de 20 en de 30 die gesneuveld zijn. Ik denk dat de historie wel bekend is. Om de opkomst van het communisme te stoppen dacht Amerika dat kleine onontwikkelde land binnen no time te verslaan omdat het over veel meer en geavanceerder oorlogstuig beschikte. Dat viel tegen. Die oorlog duurde bijna 10 jaar en hebben ze niet gewonnen. Als je hier rondfietst snap je waarom. Die bosgebieden zijn zo immens groot en zo dicht begroeid dat alleen iemand met specifieke lokale kennis daarin de weg kan vinden. Het zijn ondoordringbare oerwouden en de Vietnamezen waren zo slim zich terug te trekken in die onherbergzame gebieden. En legden ondergronds ook nog eens hele tunnelstelsels aan. De Amerikanen wisten letterlijk niet waar ze het zoeken moesten en werden vanuit het niets overvallen. Uiteindelijk konden ze niets anders meer bedenken dan alles plat te bombarderen en af te branden om de vijand uit te roken. Wij zijn twee jaar geleden in Ho Chi Minh City in een fotomuseum geweest waar dat heel kaal, indringend in beeld werd gebracht. Daar hing ook de foto van dat naakte, wegrennende, door napalm getroffen meisje. 
Dat platbombarderen en met napalm verbranden hebben ze ook met Laos gedaan. Laos werd door de Noord Vietnamese communisten gebruikt als aanvoerroute voor materieel. Om die aanvoer te stoppen heeft Amerika 2 miljard kilo oorlogstuig gedropt. Van de 80 miljoen niet ontplofte explosieven is niet meer dan 1 % opgeruimd. De rest ligt nog ergens tussen de rijstvelden en de bananenbomen. We hebben op de eerste twee dagen dat we hier rondrijden bij meerdere dorpen Engelstalige borden zien staan met de tekst dat het gebied ontdaan was van UXO's. Dat staat voor Unexploded Ordnance ( niet geëxplodeerde munitie). Het gaat veelal om clusterbommen. De naam zegt het al. Dat zijn bommen die uit meerdere kleinere explosieven bestaan, vaak niet groter dan een tennisbal. Boeren die het land bewerken stuiten daar op en dan ontploft de boel. Kinderen zien iets liggen, denken dat het speelgoed is, rapen zo'n ding op en missen vervolgens ledematen of kunnen helemaal niets meer denken. Waar wij nu fietsen heeft Duitsland samen met een plaatselijke organisatie er voor gezorgd dat die onontplofte explosieven zijn opgeruimd. Dat is een prettig idee maar niet helemaal geruststellend. Toen Marie Jeanne van de weg afstapte om een foto te maken heb ik haar toch maar heel dringend gevraagd om een paar pasjes naar links te doen. 

Wat verder zoal opvalt is dat Laos een ander weertype heeft. In Vietnam was het bewolkt, drukkend benauwd, maar prima om te fietsen omdat de zon niet doorkwam. We merkten pas hoe warm het was als we even stopten en ter plekke drijfnat van het zweet werden. Vanaf het moment dat we de top van die niet gefietste bergketen gepasseerd zijn is het helder blauw. Het is om 8 uur ' s ochtends al zo goed als onbewolkt en de zon brandt de hele dag door en de thermometer loopt op tot 35 graden. Het is verstikkend heet. Qua gevoelstemperatuur was het vandaag zelfs 44 graden. Dus we moeten er voor zorgen vroeg te vertrekken en als het even kan de middaghitte vermijden. En af en toe naar de weersverwachting voor Nederland kijken.

Andere huishoudelijke mededelingen : het is gelukkig afgelopen met de soep als ontbijt. Vandaag hebben we gebakken banaan genuttigd. Verder zitten we vandaag ( 26 oktober) exact op de helft van onze reis. Wat we daar van vinden wordt pas ver na afloop bekend gemaakt. Morgen hebben we een rustdag nadat we 10 dagen onafgebroken gefietst hebben. In totaal zitten we nu boven de 2000 fietskilometers. En tenslotte het belangrijkste : het is hier zo godvergeten mooi dat mijn geliefde reisgenote de tranen in de ogen schieten.

Foto’s

2 Reacties

  1. Liesbeth:
    28 oktober 2016
    Mooi verhaal! Net gelezen aan het ontbijt. Jammer dat ik het al uitgelezen heb.. wát jullie zelf van de reis vinden, ik smul van de verhalen!
  2. Truus de Klerk:
    28 oktober 2016
    Wauw wat een verhalen allemaal. Pierre mijn complimenten hoe jij schrijft...heerlijk om te lezen. Nog heel veel fietsplezier en ik kijk naar je volgende verhaal uit.